1: Wat is Islaam?
Het woord Islaam is een Arabisch woord dat jezelf totaal overgeven aan Allaah (de Heilige, de Verhevene) inhoudt. Het woord komt voort uit dezelfde wortels als het Arabische woord “salam”, dat vrede betekent. In tegenstelling tot de namen die voor andere religies worden gebruikt zoals het boeddhisme, hindoeïsme en christendom, is de naam voor de religie van de Islaam geopenbaard door Allaah (de Heilige, de Verhevene), en draagt een diepe spirituele betekenis. Alleen door totale overgave aan de wil van Allaah (de Heilige, de Verhevene) kan iemand ware vrede verkrijgen in dit leven en in het leven in het Hiernamaals. De Islaam onderwijst ons dat alle religies van oorsprong dezelfde essentiële boodschap hadden: een totale overgave met heel je hart aan de wil van Allaah (de Heilige, de Verhevene) en dat niets of niemand het recht heeft om aanbeden te worden alleen Hij. Om deze reden is de Islaam geen nieuwe religie maar is het dezelfde Ultieme, goddelijke geopenbaarde Waarheid die Allaah (de Heilige, de Verhevene) aan alle profeten heeft geopenbaard, zoals Hij dat gedaan heeft aan alle profeten waaronder Noah, Abraham, Mozes en Jezus (vrede zij met hen).
2. Wie zijn Moslims?
Het Arabische woord “Moslim” betekent letterlijk: “Iemand die zich totaal overgeeft aan de wil van Allaah (de Heilige, de Verhevene)”. De boodschap van de Islaam is bestemd voor de gehele wereld en iedereen die deze boodschap accepteert wordt een Moslim. Sommige mensen denken ten onrechte dat de Islaam een religie is die alleen bestemd is voor Arabieren, maar niets is minder waar, aangezien in werkelijkheid 80% van de Moslims niet van Arabische afkomst is. Alhoewel de meeste Arabieren Moslims zijn, zijn er ook Arabieren die christen, joods of atheïst zijn. Wanneer iemand zou gaan kijken naar de verschillende mensen die in de Moslim wereld leven, van Nigeria tot aan Bosnië en van Marokko tot aan Indonesië dan kun je makkelijk concluderen dat Moslims van allerlei verschillende rassen, etnische groepen en nationaliteiten zijn. Vanaf het begin had de Islaam een universele boodschap voor alle mensen. Dit kan worden gezien uit het feit dat enkele van de vroegere metgezellen van de profeet Mohammed (vrede zij met hem) niet alleen Arabieren waren, maar ook van Perzische, Afrikaanse en Byzantische komaf waren. Het Moslim zijn houdt in: complete acceptatie en bedrijvige gehoorzaamheid aan Allaah (de Heilige, de Verhevene) zijn wil. Een Moslim is een persoon die vrijwillig met de fundamenten van zijn geloof instemt, waardeert en vertrouwen heeft in de wil Allaah (de Heilige, de Verhevene) en handelt naar zijn normen en waarden. In het verleden (hoewel je het vandaag de dag niet vaak meer ziet) werd het woord “Mohammedanen” vaak gebruikt als een etiket voor de Moslims. Dit etiket is verkeerd en is het resultaat van opzettelijke vervorming of zuivere onwetendheid. Een van de redenen voor deze misvatting is dat Europeanen eeuwenlang werd onderwezen dat Moslims de profeet Mohammed (vrede zij met hem) aanbaden op hetzelfde manier als de christenen Jezus (vrede zij met hem) aanbidden. Dit is absoluut niet waar aangezien het voor een Moslim verboden is iets of iemand anders te aanbidden dan Allaah (de Heilige, de Verhevene).
3. Wie is Allaah (de Heilige, de Verhevene)
Heel vaak zal iemand het Arabische woord “Allaah (de Heilige, de Verhevene)” horen dat wordt gebruikt in samenhang met de Islaam. Het woord “Allaah (de Heilige, de Verhevene)” is de benaming die God de Almachtige voor Zichzelf heeft bepaald, en het is hetzelfde woord dat gebruikt wordt door Arabisch-sprekende christenen en Joden. Wanneer iemand een Arabische vertaling van de bijbel zou zien dan kan men zien dat het woord “ Allaah (de Heilige, de Verhevene)” wordt gebruikt waar “God” in het Nederlands wordt gebruikt. Eigenlijk is het Arabische woord voor God de Almachtige, “Allaah (de Heilige, de Verhevene)” bijna hetzelfde als het woord God in andere Semitische talen. Zo is het Hebreeuwse woord voor God “ Elah”. Om diverse redenen denken sommige niet-Moslims ten onrechte dat Moslims een andere God aanbidden dan de God van Mozes, Abraham en Jezus (vrede zij met hen allen). Dit is zeer zeker niet het geval, omdat de Islaam alle mensen oproept om de God van Noah, Abraham, Mozes, Jezus en alle andere profeten en boodschappers die door Allaah gezonden zijn te aanbidden.
4. Wie is Mohammed (vrede zij met hem)
De allerlaatste profeet die Allaah (de Heilige, de Verhevene) gestuurd heeft aan de mensheid was de profeet Mohammed, (vrede zij met hem). Mohammed (vrede zij met hem) verklaarde, vertolkte, en leefde volgens de leer van de Islaam. De profeet Mohammed (vrede zij met hem) is de grootste van alle profeten door meerdere redenen maar voornamelijk omdat de resultaten van zijn missie meer mensen in het pure geloof in Allaah (de Heilige, de Verhevene) hebben gebracht dan alle andere profeten. Hoewel andere religies oorspronkelijk geloofden in 1 God, veranderden zij uiteindelijk hun geloof door hun profeten en heiligen als bemiddelaars te nemen naast Allaah de Almachtige. Sommige religies geloven dat hun profeten manifestaties van God zijn, “God zijn lichaam” of “de zoon van God”. Al deze verkeerde ideeën leiden tot de aanbidding van het schepsel in plaats van de Schepper. Dit bracht met zich mee dat men ging geloven dat God de Almachtige via tussenpersonen bereikt kan worden. Om te waken tegen deze valsheden, legde de profeet Mohammed (vrede zij met hem) er altijd de nadruk op dat hij alleen maar een menselijke boodschapper was van Allaah (de Heilige, de Verhevene) met de taak Allaah Zijn boodschap te prediken. Hij onderwees de Moslims om hem als “De boodschapper van Allaah en Zijn slaaf” aan te spreken. Voor de Moslims is Mohammed (vrede zij met hem) het grootste voorbeeld voor alle mensen. Hij was een profeet, staatsman, militair, leider, heerser, leraar, buurman, echtgenoot, vader en vriend. In tegenstelling tot andere profeten en boodschappers leefde de profeet Mohammed, (vrede zij met hem) in het volle licht van de geschiedenis. Moslims hebben het “geloof” niet nodig dat hij heeft bestaan en dat zijn leringen bewaard zijn, zij weten dat het een feit is. Zelfs toen zijn volgelingen gering waren informeerde Allaah (de Heilige, de Verhevene) Mohammed (vrede zij met hem) dat hij was gestuurd als een barmhartigheid voor de gehele mensheid. Omdat de mensen zich hadden afgestoten van Allaah’s boodschap of hem vergeten waren, nam Allaah (de Heilige, de Verhevene) het besluit om de boodschap die aan Mohammed (vrede zij met hem) geopenbaard was te beschermen. Dit was omdat Allaah (de Heilige, de Verhevene) beloofd had geen andere boodschapper te sturen na hem. Aangezien alle boodschappers van Allaah (de Heilige, de Verhevene) de boodschap van de Islaam predikten, -onderwerping aan de wil van Allaah (de Heilige, de Verhevene) -en alleen maar Allaah (de Heilige, de Verhevene) te aanbidden en te handelen naar zijn Geboden en het laten van zijn Verboden, is Mohammed (vrede zij met hem) de laatste profeet van de Islaam, niet de eerste.
5. Wat zijn de leringen van de Islaam?
De basis van het Islamitische geloof is het geloof in de eenheid van Allaah (de Heilige, de Verhevene). Dit betekent dat men gelooft dat er 1 Schepper is die alles in het universum heeft geschapen en dat niets of niemand het recht heeft om aanbeden te worden alleen Hij. Het echt geloven in de eenheid van Allaah (de Heilige, de Verhevene) betekent meer dan alleen simpel geloven dat er 1 God is, in tegenstelling tot 2, 3 of 4. Er zijn veel geloven die in 1 God beweren te geloven en die geloven dat er 1 schepper van het heelal is. De Islaam verwerpt het gebruik van alle tussenpersonen tussen Allaah (de Heilige, de Verhevene) en de mens en staat erop dat mensen Allaah (de Heilige, de Verhevene) direct benaderen en alle aanbidding voor Hem bewaren. Moslims geloven in alle schone Namen en meest voortreffelijke Eigenschappen van Allaah de Almachtige waarover Hij of Zijn boodschapper ons kennis hebben gegeven in Zijn Woord (de Koran) of in de Profetische Tradities. De essentie van het valse is de bewering dat Allaah (de Heilige, de Verhevene) niet direct met Zijn scheppingen kan afrekenen en hen kan vergeven. Door de last van deze zonde te benadrukken, evenals het beweren dat God je niet direct kan vergeven, brengen de valse religies mensen tot wanhoop van de genade van Allaah (de Heilige, de Verhevene). Wanneer zij ervan zijn overtuigd dat ze Allaah (de Heilige, de Verhevene) niet direct kunnen benaderen, kunnen mensen misleid worden om de verkeerde Goden om hulp te gaan vragen. Deze “valse Goden” kunnen verscheidende vormen aannemen, zoals heiligen, engelen, of iemand waarvan wordt beweerd dat hij de “Zoon van God” is of “God Zijn lichaam”. In vrijwel alle zaken, (degene die aanbidden) bidden tot of zoeken hulp bij een valse God beseffen het niet, en noemen het een “God”. Zij beweren te geloven in 1 Almachtige God, maar beweren ook dat zij bidden en andere aanbidden naast God alleen maar om hen dichter bij Hem te laten komen. In de Islaam is er een helder onderscheid tussen de Schepper en de schepsels. Er is geen dubbelzinnigheid in goddelijkheid alles wat geschapen is verdient het niet om aanbeden te worden alleen de Schepper is het waard om aanbeden te worden. Sommige religies denken ten onrechte dat God deel is uit gaan maken van zijn Schepping, en dit heeft ertoe geleid dat mensen iets kunnen aanbidden dat geschapen is om hun Schepper te bereiken. Moslims geloven dat Allaah (de Heilige, de Verhevene) Uniek en omvangrijk en het verstand te boven is –Hij heeft geen “Zoon” of partners-. Moslims geloven dat Allaah (de Heilige, de Verhevene) niet verwekt noch verwekt is -niet literair, zinnelijk, metafoor noch fysiek-. Hij is absoluut Uniek en Eeuwig. Hij heeft controle over alles en is perfect in staat om Zijn Oneindige Genade en Vergiffenis te verlenen aan wie Hij wil. Daarom wordt Hij de meest Machtige en Meest Genadevolle genoemd. Allaah (de Heilige, de Verhevene) heeft het Universum geschapen voor de mens, en Hij wil het beste voor de mensheid. Moslims zien alles in het Universum als een teken van de Schepping en weldadigheid van Allaah (de Heilige, de Verhevene). Het geloof in de Eenheid van Allaah (de Heilige, de Verhevene) is niet alleen een concept. Het is een dynamisch geloof dat effect heeft op iemand zijn zicht op de mensheid, maatschappij en alle aspecten van het leven.
6. Wat is de Koran?
Het is de laatste Openbaring van het Woord van Allaah (de Heilige, de Verhevene) aan de gehele mensheid, die is nedergezonden via de engel Gabriel, (vrede zij met hem) in het Arabisch, aan de profeet Mohammed (vrede zij met hem) in woorden, geluid en betekenissen. Het staat geschreven in boeken en is gememoriseerd in de harten van de Moslims. Het bevat 114 hoofdstukken en begint met Hoofdstuk al-Fatiha en eindigt met Hoofdstuk an-Naas. Het Woord van de Koran is een licht, een leiding en een genezing voor degenen die erin geloven. De Koran, soms ook gespeld als Qor’aan, was doorgegeven aan de metgezellen van de profeet Mohammed, (vrede zij met hem) wat zij verbaal onthielden en die publiekelijk en continue gereciteerd werd door hen en hun opvolgers, tot en met het heden. In het kort is de Koran het boek van leiding van Allaah (de Heilige, de Verhevene). De Koran wordt nog steeds uit het hoofd geleerd en bestudeerd door miljoenen mensen. De taal van de Koran, het Arabisch, is nog steeds een levende taal voor miljoenen mensen, en in vergelijking tot andere boekwerken van andere religies, wordt de Koran nog steeds gelezen in zijn orginele taal door ontelbaar veel mensen. De Koran is een levend wonder in de Arabische taal en staat bekend dat het niet te imiteren is in stijl, vorm en spirituele impact. Allaah (de Heilige, de Verhevene) Zijn laatste Openbaring aan de mensheid was de Koran, die geopenbaard werd aan de profeet Mohammed, (vrede zij met hem) over een periode van 23 jaar. De Koran werd in tegenstelling tot vele andere religieuze boeken, altijd onderwezen als het Woord van Allaah (de Heilige, de Verhevene) door diegenen die er in geloofden, en het was niet iets dat bepaald werd door een religieuze raad vele jaren nadat het geschreven was. De Koran werd ook publiekelijk gereciteerd voor allerlei gemeenschappen zowel voor de Moslims als de niet Moslims gedurende het leven van de profeet Mohammed (vrede zij met hem). De gehele Koran werd ook compleet opgeschreven tijdens het leven van de profeet Mohammed (vrede zij met hem), en verscheidende metgezellen van de profeet Mohammed (vrede zij met hem) onthielden de gehele Koran woord voor woord zoals het was geopenbaard. In vergelijking tot andere geschriften was de Koran altijd in de handen van de gewone gelovigen. Het werd altijd gezien als het Woord van Allaah (de Heilige, de Verhevene), en dankzij een wijd verspreide memorisatie is hij in perfecte staat bewaard gebleven. De leer van de Koran is dat het een universeel schriftwerk is en het geadresseerd is aan de gehele mensheid en niet aan een speciale stam of “gekozen volk”. De boodschap dat het overbrengt is niet nieuw, maar dezelfde boodschap van alle profeten – totale overgave aan Allaah (de Heilige, de Verhevene) en aanbidding van Hem alleen. Allaah (de Heilige, de Verhevene) Zijn openbaring in de Koran focust op de leer om de mensheid het belang van het geloof in de eenheid van Allaah (de Heilige, de Verhevene) en hun leven aan te passen rond de leiding dat Hij heeft gezonden. De Koran bevat verhalen van de eerdere profeten zoals Abraham, Noah, Mozes en Jezus, maar ook verplichtingen en geboden van Allaah (de Heilige, de Verhevene). In moderne tijden waarin zoveel mensen zijn verslokt in twijfel, spirituele en politieke correctie, biedt de leer van de Koran een oplossing aan de leegheid van het leven van vele mensen en de onrust die de wereld tegenwoordig in handen heeft.
7. Hoe zien Moslims de aard van de mens, het doel van het leven en het Hiernamaals?
In de Edele Koran onderwijst Allaah (de Heilige, de Verhevene) de mensheid dat zij geschapen zijn om Hem alleen te aanbidden en dat de basis van de werkelijke aanbidding Godsbewustzijn is. Aangezien de Islamitische leer alle aspecten van het leven en ethiek bevat, wordt het Godsbewustzijn aangemoedigd in alle menselijke handelingen. De Islaam maakt duidelijk dat alle menselijke handelingen handelingen van aanbidding zijn als zij worden gedaan voor Allaah alleen (de Heilige, de Verhevene), in overeenstemming met zijn Goddelijke Wet. Aanbidding in de Islaam wordt niet beperkt tot godsdienstige rituelen. De leer van de Islaam is een genade en een genezing voor de menselijke ziel en kwaliteiten als nederigheid, geduld en liefdadigheid worden sterk aangemoedigd. De Islaam veroordeelt trots en egoïsme, aangezien Allaah (de Heilige, de Verhevene) de enige rechter van de menselijke oprechtheid is. De Islamitische kijk op de aard van de mens is tevens realistisch en goed in evenwicht. Mensen worden niet gezien alsof ze inherent zondig zijn, maar zij worden gezien als personen die in staat zijn om zowel goed als slecht te zijn. De Islaam leert ons ook dat geloven en handelen hand in hand gaan. Allaah (de Heilige, de Verhevene) heeft de mensen een vrije wil gegeven, en de maatstaf van iemand zijn geloof zijn zijn daden en handelingen. De mens is echter zwak geschapen en valt regelmatig in zonde. Dit is de aard van de mens zoals hij geschapen is door Allaah (de Heilige, de Verhevene) in Zijn wijsheid, en het is niet inherent “corrupt” of onnodig om te herstellen. Dit is omdat de weg van berouw altijd open is voor de gehele mensheid, en Allaah (de Heilige, de Verhevene) houdt meer van de zondaar die berouw toont dan van diegene die helemaal niet zondigt. Het ware evenwicht van een Islamitisch leven wordt bereikt door een gezonde vrees te hebben voor Allaah (de Heilige, de Verhevene) evenals een oprecht geloof in Zijn oneindige Genade. Een leven zonder vrees voor Allaah (de Heilige, de Verhevene) leidt tot zonde en ongehoorzaamheid, terwijl het geloven dat je zoveel gezondigd hebt dat Allaah (de Heilige, de Verhevene) je onmogelijk kan vergeven leidt alleen maar tot wanhoop. De Edele Koran die geopenbaard werd aan de profeet Mohammed (vrede zij met hem), bevat een grote hoeveelheid leringen over het Hiernamaals en de Dag Des Oordeels. Moslims geloven dat de gehele mensheid uiteindelijk zal worden beoordeeld door Allaah (de Heilige, de Verhevene) op hun geloof en handelingen in hun aardse leven. In het beoordelen van de mens zal Allaah (de Heilige, de Verhevene) zowel genadevol als rechtvaardig zijn, en de mens wordt alleen beoordeeld op hetgeen waar zij toe in staat waren. Het volstaat om te zeggen dat de Islaam ons leert dat het aardse leven een test is, en dat de gehele mensheid verantwoording zal moeten afleggen bij Allaah (de Heilige, de Verhevene). Een oprecht geloof in het Hiernamaals is de sleutel naar het leiden van een goed evenwichtig en moreel leven. Wanneer dit leven als een einde wordt gezien, dan zal dat weer als gevolg hebben dat de mens egoïstisch, materialistisch en immoreel wordt.
Bronvermelding: Vertaald door: Hinda bint Mohammed, Sunnah publicaties. (Verbeterd door de redactie.)